Veilige looproute:
Een veilige looproute loopt via voetpaden die van overig verkeer gescheiden zijn en veilige oversteekplaatsen.
Veilige fietsroutes:
Een veilige fietsroute moet aan één of meer van de onderstaande eisen voldoen:
a. Op een weg met weinig verkeer en een maximumsnelheid van 30 km per uur is het toegestaan dat fietsers de weg delen met andere voertuigen.
b. Gedeelde fiets- en voetgangersroutes moeten een minimum breedte van 3 meter hebben.
c. Fietspaden (zowel gescheiden als niet gescheiden van de weg) voor eenrichtings fietsverkeer moeten minimaal 2,2 meter breed zijn. Voor twee-richtingsverkeer is de minimale breedte 3 meter.
Woonomgeving:
De woonomgeving is het gebied dat in de directe omgeving van de woning ligt.
(Woon)erf:
Een (woon)erf conform het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV), is een weg in een gebied waar de verblijfsfunctie (lopen, spelen, ontmoeten, etc.) prioriteit heeft boven de verkeersfunctie van de weg. Voetgangers mogen de gehele breedte van de straat benutten om te lopen en te spelen. Er mag niet sneller dan 15 kilometer per uur worden gereden en er mag alleen worden geparkeerd op daarvoor aangegeven plaatsen.
Voetgangerszone:
In een voetgangersgebied mogen alleen voetgangers zich voortbewegen. Een voetgangersgebied wordt aangegeven met het verkeersbord G07-ZB (voetgangerszone).
Buitenvoorziening:
Voorbeelden van buitenvoorzieningen zijn: speeltuinen/plaatsen en parken