BREEAM-NL In-Use 2016 v1.0

ENE65 Submeting: andere energiegebruikers

Voor welke energiegebruikers worden afzonderlijke submeters toegepast voor de registratie van het energiegebruik?

Het stimuleren van het afzonderlijk meten van energiegebruikers in het asset, zodat  inzicht ontstaat in welke energiegebruikers hoeveel energie  gebruikt en gericht kan worden op specifieke verbeteringen.

Deel Beheer
Maximaal punten 4
Functie Bijeenkomst, Cel, Gezondheidszorg, Industrie, Kantoor, Logies, Onderwijs, Overig (BIU), Sport, Winkel
Voor deze vraag kunnen maximaal 4 punten verdiend worden. Kies a.u.b. één van de volgende mogelijkheden:
Punten Antwoord
0 Weet niet of anders
0 Vraag niet beantwoord
0 Er is geen submetering van de betreffende energiegebruikers.
1 Er is submetering voor 1 van de betreffende energiegebruikers.
2 Er is submetering voor 2 van de betreffende energiegebruikers.
3 Er is submetering voor 3 van de betreffende energiegebruikers.
4 Er is submetering voor 4 of meer van de betreffende energiegebruikers.
  1. Deze credit beslaat het meten van specifieke energiegebruikers. Het gaat om de volgende gebruikers:
    1. Buitenverlichting
    2. Alle vormen van verticaal transport (bijvoorbeeld liften en roltrappen)
    3. Sfeer en effectverlichting
    4. Datazalen in het gebouw
    5. Centrale keuken
    6. Ventilatie en airconditioning in verkeersruimten, bijvoorbeeld luchtgordijnen en draaideuren
    7. Gebruiksapparatuur
  2. Het submeten van de belangrijkste verbruiksgroepen wordt beoordeeld in credit “ENE64 – Submeting: aanzienlijke verbruiksgroepen”.
  3. ‘Sfeer- en effectverlichting’ en ‘gebruiksapparatuur’ kan lastig afzonderlijk worden gemeten op een kosteneffectieve manier. Daarom mag verlichting en gebruiksapparatuur per verdieping gemeten worden.
  4. De assessor moet controleren of de submeters in gebruik zijn gedurende de meetperiode.

Andere aanzienlijke energiegebruikers kunnen ook worden meegeteld, mits:

  • Ze een submeter hebben
  • Het energiegebruik van de betreffende verbruiksgroep meer dan 5% van het totale gebouwgebonden energiegebruik bedraagt
  • Het geen verbruiksgroep betreft, die al wordt gehonoreerd onder ENE64 of ENE66.

Het totaal aantal punten blijft maximaal 4.

  1. Geverifieerde meetgegevens van in ieder geval de start en het einde van een 12 maanden durende meetperiode. Als kan worden aangetoond dat de submeters recentelijk zijn geplaatst, waardoor een meetperiode van 12 maanden nog niet beschikbaar is, is het voldoende om te onderbouwen dat de meters in gebruik zijn.
  2. Een plattegrond of installatieschema waarop de submeters en de gemeten verbruiksgroepen zijn aangegeven.

 

Home