BREEAM-NL Nieuwbouw 2020 v1.0

3.1 Drempelwaarden per kwalificatie

De behaalde eindscore wordt volgens de onderstaande tabel omgezet in een BREEAM-NL kwalificatie:






Voor de kwalificatie ‘Outstanding’ zijn aanvullende eisen verplicht. Meer hierover lees je op pagina 44. De uiteindelijk behaalde score zie je op het certificaat.

Door de BREEAM-NL kwalificaties kun je als opdrachtgever of belanghebbende de prestaties van een gebouw vergelijken met andere gebouwen van hetzelfde type, en met de duurzaamheidsprestaties van een gebouwenvoorraad.

In grote lijnen komt elke BREEAM-NL kwalificatie overeen met een gedeelte van de Nederlandse gebouwenvoorraad zoals in het overzicht hieronder:

  1. Outstanding: topkwalificatie; betreft minder dan 1% van de gebouwenvoorraad (innovator)
  2. Excellent: 10% van de gebouwenvoorraad (best practice)
  3. Very Good: 25% van de gebouwenvoorraad (advanced good practice)
  4. Good: 50% van de gebouwen (intermediate good practice)
  5. Pass: 75% van de gebouwen (standard good practice)

Krijgt een project een ‘Unclassified BREEAM-NL kwalificatie’, dan betekent dit dat de gebouwprestaties niet voldoen aan BREEAM-NL. Er is niet voldaan aan de minimum- en verplichte eisen van de belangrijkste duurzaamheidscredits, of de algemene drempelscore die nodig is voor een zogenoemde ‘Pass-score’ is niet behaald.

BREEAM Assessment – credits en punten

BREEAM-NL Nieuwbouw 2020 bestaat uit 48 individuele beoordelingscredits ondergebracht in negen milieucategorieën, plus een categorie ‘Innovatie’ (hieronder beschreven op pagina 33). Elke credit beoordeelt een specifieke aan de bouw gerelateerd milieueffect of -kwestie, zoals bijvoorbeeld interne luchtkwaliteit of veilige toegang. Voor elke credit is een bepaald aantal punten beschikbaar.

Een gebouw krijgt BREEAM-NL punten als je aantoont dat het voldoet aan de ‘best practices prestatieniveaus’, behorend bij een specifieke credit. Hiermee wordt bedoeld dat een milieueffect is verminderd. Of, in het geval van de categorie Gezondheid, dat er een specifiek gebouw gerelateerd probleem is aangepakt. Denk bijvoorbeeld aan goed thermisch comfort, daglicht of akoestiek.

Het aantal beschikbare punten voor een individueel beoordelingscriterium varieert. In het algemeen geldt: hoe meer punten een gebouw kan behalen voor een bepaalde credit, hoe belangrijker die credit is voor het verminderen van de impact van dat gebouw op het milieu. Kun je meerdere punten voor een credit behalen, dan is het toegekende aantal punten meestal gebaseerd op een oplopende schaal of benchmark. Daarbij beloont de Assessor steeds grotere gebouwprestaties met een hoger aantal punten.

Behalve de behaalde BREEAM-NL totaalscore en kwalificatie geeft de behaalde gebouwprestatie ook inzicht in een reeks belangrijke duurzaamheidsindicatoren, zoals bijvoorbeeld de milieueffecten tijdens de bouw en in de gebruiksfase. Dit betekent dat je BREEAM-NL kunt gebruiken om algemene doelen te bepalen, maar dat het ook mogelijk is om de methode te gebruiken om prestatieniveaus van een gebouw te definiëren. Die kunnen dan worden gebruikt als ondersteuning van specifieke organisatorische beleidsdoelstellingen voor individuele milieucriteria. Wees wel voorzichtig met het vaststellen van ontwerpdoelen op basis van individuele credits en puntenniveaus, omdat je zo de ontwerpflexibiliteit kunt beperken, wat weer impact kan hebben op de projectkosten.