BREEAM-NL Gebied v6.1.1

BRO 2 Energieprestatie openbare ruimte

Het stimuleren van duurzaam energiegebruik voor verlichting en systemen in de openbare ruimte.

Maximaal punten 3
Exemplary performance Nee
Bevat minimale vereiste Nee
Verplicht vanaf Nee
Er kunnen maximaal 3 punten toegekend worden. Er moet onderbouwd worden aangetoond dat:
1 1 punt

De buitenverlichting langs wegen en bij woon- en verblijfsgebieden is energiezuinig en gekoppeld aan een telemanagementsysteem.
2 1 punt

Meer dan 50% van het energiegebruik van de significante energiegebruikers in de openbare ruimte maken gebruik van 100% in het gebied opgewekte hernieuwbare energie.
3 1 punt

Meer dan 90% van het energiegebruik van de significante energiegebruikers in de openbare ruimte maken gebruik van 100% in het gebied opgewekte hernieuwbare energie.

Het volgende toont aan dat aan de criteria wordt voldaan:

#

criteria-eisen

1.1

Inventarisatie van de verlichting in de openbare ruimte (OVL) van het gebied, zowel bestaand als in ontwikkeling.

1.2

De buitenverlichting is energiezuinig:

In nieuwe situaties en bij vervanging/vernieuwing in bestaande situaties worden lichtbronnen toegepast met minimaal energieklasse C volgens EU verordening 2019/2015.

1.3

De buitenverlichting langs wegen, op parkeerterreinen en bij woon- en verblijfsgebieden is gekoppeld aan een telemanagementsysteem. Het telemanagement systeem van de verlichting is:

-                Op afstand uitleesbaar

-                schakelbaar,

-                programmeerbaar te dimmen,

-                het energiegebruik wordt gemonitord.

2.1

Meer dan 50% van het energiegebruik van de significante grote energiegebruikers, zowel bestaand als in ontwikkeling, in het gebied maken gebruik van in het gebied opgewekte hernieuwbare energie. Denk hierbij aan verlichting, verkeerslichten, (riool)bemaling, bruggen, sluizen, verlichting van (parkeer)terreinen, bushalten, etc.

Openbare oplaadpunten voor elektrische auto’s mogen buiten beschouwing worden gelaten.

2.2

Er vindt monitoring van het energiegebruik plaats en dit wordt jaarlijks gerapporteerd aan de projectorganisatie

3.1

Aan criterium 2 is voldaan.

3.2

Meer dan 90% van het energiegebruik van de significantegrote energiegebruikers, zowel bestaand als in ontwikkeling, in het gebied maken gebruik van in het gebied opgewekte hernieuwbare energie. Denk hierbij aan verlichting, verkeerslichten, (riool)bemaling, bruggen, sluizen, verlichting van (parkeer)terreinen, bushalten, etc.

Openbare oplaadpunten voor elektrische auto’s mogen buiten beschouwing worden gelaten.

Verlichting in de openbare ruimte (OVL)

Onder verlichting in de openbare ruimte (OVL) valt verlichting zoals tunnelverlichting, verlichte lichtmasten, bewegwijzering, verkeerstekens en het onderhoud ervan. Alle verlichting voor een optimale veiligheid van bestuurders, fietsers en wandelaars..

Geen significante energiegebruikers in openbare ruimte

Het is aan de energiespecialist om te onderbouwen welke energiegebruikers zijn beschouwd als ‘significante energiegebruikers’ op dusdanige wijze dat door de assessor is te beoordelen is dat er geen energiegebruikers zijn gemist of onterecht zijn meegenomen.

Indien er geen significante energiegebruikers zijn, zoals verlichting, (riool)bemaling, pompen, beweegbare bruggen of sluizen, kunnen er geen punten voor het tweede of derde criterium worden toegekend als de overige energiegebruikers gebruik maken van lokaal opgewekte hernieuwbare energie.

Hernieuwbare energiebronnen

Hernieuwbare energiebronnen zijn: windenergie, zonne-energie, biomassa, bodemenergie of geothermie. 

Telemanagementsysteem

Telemanagementsystemen zijn bedoeld voor het monitoren, besturen, meten en beheren van de openbare verlichting. Het telemanagementsysteem dient verbinding te maken met elk armatuur. Via een (online)platform kan de beheerder informatie uitlezen of het systeem beïnvloeden en aansturen. Omdat BREEAM-NL toekomstbestendigheid belangrijk vindt is het niet voldoende om elke voedingskast of per straat- of groep verbinding te maken.

#

criteria

vereisten bewijsvoering

A

1.1

Plantekeningen en overzichtslijst van verlichting/armaturen

B

1.1 t/m 1.3

Specificaties van de verlichting en documentatie over de werking van het telemanagementsysteem.

C

2.1, 3.2

Overzicht met de (significante) energiegebruikers en hun verbruiksgegevens en specificaties en opgesteld vermogen van de lokaal opgewekte hernieuwbare energiebronnen (indien aanwezig meetgegevens).

D

2.2

Manier van monitoring en rapportage

Geen.

Geen.

 

Home