Het volgende toont aan dat aan de criteria wordt voldaan:
1.1
Alle relevante werkplekken binnen verblijfsruimten bevinden zich binnen een afstand van Xm van een gevel met ramen of permanente gevelopeningen met een vrij uitzicht naar buiten zoals omschreven in Tabel 13.
Tabel 13: Afmeting van het raam/de gevelopening benodigd, als percentage van het geveloppervlak waarin het raam zich bevindt, in relatie tot de afstand van de werkplek to thet raam/de gevelopening.
Afstand van raam of gevelopening tot werkplek
|
Afmeting raam/gevelopening (als percentage van het geveloppervlak)
|
≤ 7 meter
|
20%
|
> 7 meter en ≤ 11 meter
|
25%
|
> 11 meter en ≤ 14 meter
|
30%
|
> 14 meter
|
35%
|
1.2
Indien het raam of de gevelopening uitziet op een atrium, binnenplaats, binnentuin of binnenplein of op andere gebouwen, dient de afstand, gerekend loodrecht vanaf het raam of de gevelopening tot de achtermuur van het atrium, de binnenplaats, binnentuin of het binnenplein, respectievelijk tot de toegekeerde gevel van het andere gebouw ten minste 10 meter te bedragen.
1.3
Bij uitzicht op een atrium, binnenplaats, binnentuin of binnenplein dienen deze te zijn voorzien van enige aankleding, zoals groenvoorziening, plantenbakken, meubilair, kunstvoorwerpen en dergelijke.