Verplichte credits
Teneinde een BREEAM-NL-kwalificatie te kunnen krijgen moet per niveau aan een minimumstandaard worden voldaan. Dit houdt in dat per niveau voor een aantal credits een minimumaantal punten moet zijn behaald. Zie de Tabel Bijzonderheden credits voor een overzicht.
Default credits
Indien één of meerdere gebouwdelen niet van toepassing zijn, kunnen in sommige gevallen de aan credits gekoppelde punten bij default toegekend worden. Zie de Tabel Bijzonderheden credits voor een overzicht.
Defaultcredits | |
---|---|
TRA 4 Voet-/fietsveiligheid | Indien geen extern terrein |
LE 1 Hergebruik land | Indien renovatieproject |
POL 1 GWP-koelvloeistof | Indien geen koeling |
POL 2 Lekkage koelvloeistof | Indien geen koeling |
ENE 4 Buitenverlichting | Indien geen buitenverlichting |
POL 7 Lichtvervuiling | Indien geen buitenverlichting |
POL 8 Geluidsoverlast | Indien geen gebouwen in de straal van 800 meter |
Tabel 6
Filtercredits
De lijst met credits waarop een gebouw beoordeeld wordt, is afhankelijk van het te beoordelen gebouwtype en bepaalde toegepaste gebouwcomponenten, zoals liften, roltrappen of een koel-/vriesopslag voor warenkoeling. Bij het invoeren van de gebouwgegevens in de assessmenttool wordt automatisch de benodigde creditlijst gegenereerd. Zie de Tabel Bijzonderheden credits voor een overzicht.
De assessor kan de betreffende credits goedkeuren door middel van een juiste verantwoording van het feit dat bepaalde credits niet van toepassing zijn.
De volgende credits worden niet meegenomen in de berekening:
ENE 6 Minimalisatie luchtinfiltratie laad-/losplatform | indien geen laad-/losplatform en/of expeditieruimte. |
ENE 7 Energiezuinige koel- en vriesopslag | indien geen koel- en vriesopslag |
ENE 8 Energiezuinige liften | indien geen liften. |
ENE 9 Energiezuinige roltrappen/rolpaden | indien geen roltrappen/rolpaden. |
WAT 6 Irrigatiesysteme | indien geen groenvoorziening |
WAT 7 Voertuigenwasservice | indien geen voertuigenwasservice |
WST 5 Compost | indien geen voedselvoorbereiding. |
Tabel 7
Projectgebonden en functiespecifieke credits
Het merendeel van de credits is van toepassing op het gehele gebouw en terrein, zie de Tabel Bijzonderheden credits voor een overzicht. Bij zogenaamde functiespecifieke credits kan per functie afgewogen worden of een credit wordt behaald of niet.
Een voorbeeld van een projectgebonden credit: indien een mixed-use gebouw een laad-/losplatform heeft, mag de credit ENE 6 – Minimalisatie luchtinfiltratie laad-/losplatforms niet specifiek aan één functie worden toegeschreven en gefilterd worden voor de overige functies. De credit geldt voor het gehele gebouw.
Een voorbeeld van een functiespecifieke credit: indien een mixed-use gebouw wil voldoen aan de credit Uitzicht kan per functie gekozen worden of wordt voldaan aan de credit.
BREEAM-NL-innovatiepunten
Innovatiepunten bieden de mogelijkheid om innovaties die de duurzaamheidprestaties van een gebouw vergroten, boven op de prestaties die momenteel in BREEAM-NL worden gewaardeerd, aanvullend te waarderen. Innovatiepunten stimuleren hiermee klanten en bouw- en ontwerpteams hun gebouw extra duurzaam te maken en bovendien de kennis, technieken en toepassingen in de markt te vergroten.
Voor elk toegekend innovatiepunt kan 1% aan de totaalscore worden toegevoegd, met een maximum van 10%. Innovatiepunten zijn onafhankelijk van het niveau van BREEAM-NL-kwalificatie; ze kunnen dus op elk niveau (vanaf PASS) worden toegekend.
Een gebouw kan innovatiepunten verdienen als er wordt voldaan aan Exemplary performance, dat wil zeggen voorbeeldige prestatiecriteria in een bestaande BREEAM-NL-credit. Zie de Tabel Bijzonderheden credits voor een overzicht.
Tabel 8 Bijzonderheden credits