Om een flexibel systeem te handhaven hanteert BREEAM-NL een ‘balanced scorecard’-benadering voor de beoordeling van een project. Het betekent dat je, om een bepaald prestatieniveau te bereiken, de meeste BREEAM-NL punten kunt verhandelen. Dat wil zeggen dat je gebouwprestaties in het ene gebied kunt compenseren door prestaties in een ander gebied, om de beoogde BREEAM-NL score te bereiken.
BREEAM-NL stelt minimum prestatienormen vast op belangrijke gebieden als energie, water, afval enzovoorts. Zo waarborgt de beoordelingsrichtlijn dat de BREEAM-NL Assessor, die een bepaalde beoordeling nastreeft, prestaties tegen fundamentele milieukwesties niet over het hoofd ziet. Bedenk hierbij dat dit minimaal aanvaardbare prestatieniveaus zijn. Het zijn niet per se niveaus die representatief zijn voor een BREEAM-NL kwalificatie. Om een bepaalde BREEAM-NL kwalificatie te behalen, moet het gebouw de minimale algemene percentagescore behalen, plus de minimale normen die van toepassing zijn, zie Tabel 4. Er zijn twee soorten minimale normen, namelijk de ‘minimale vereisten’ en de ‘verplichte credits’.
Minimale vereisten
De minimale vereisten zijn van toepassing bij verschillende credits. Ze geven criteria weer die een gebouw minimaal moet behalen. Worden deze niet behaald, dan is geen enkele BREEAM-NL kwalificatie haalbaar. Met het voldoen aan deze vereisten zijn geen punten te behalen. In de credits vind je de minimale vereisten terug als apart onderdeel. Minimale vereisten zijn altijd van toepassing, ook al de credit verder niet voor nagestreefd.
Verplichte credits
De verplichte credits geven per credit een minimum standaard, waarmee je een bepaalde BREEAM-NL kwalificatie kunt behalen. Dit houdt in dat per kwalificatieniveau voor een aantal credits een minimum aantal punten is behaald.
Tabel 4 Minimale vereisten en verplichte credits
Credit | Criterium | Pass | Good | Very good | Excellent | Outstanding |
---|---|---|---|---|---|---|
MAN 03 | 1 t/m 3 | Minimale vereiste (legale houtbronnen en duurzaamheidsmanager) | ||||
MAN 03 | 7 | - | - | Eén punt | Eén punt | Twee punten |
MAN 03 | 8 t/m 13 | - | - | - | Eén punt | Eén punt |
MAN 03 | 14 t/m 16 | - | - | - | - | Eén punt |
MAN 04 | 1 t/m 4 | Minimale vereiste (commissioningsplan) | ||||
MAN 04 | 5 | - | - | Eén punt | Eén punt | Eén punt |
MAN 04 | 8 en 9 | - | - | - | Eén punt | Eén punt |
MAN 05 | 3 | Eén punt | Eén punt | Eén punt | Eén punt | Eén punt |
HEA 02 | 1 t/m 3 | Eén punt | Eén punt | Eén punt | Eén punt | Eén punt |
HEA 04 | 1 | Minimale vereiste (luchtkwaliteit) | ||||
HEA 05 | 1 t/m 4 | - | - | Eén punt | Eén punt | Eén punt |
ENE 01 | 1 | Minimale vereiste (uitwerking energieconcept) | ||||
ENE 01 | 2 t/m 5 | - | - | Drie punten | Zes punten | Acht punten |
ENE 02 | 1 t/m 3 | - | Eén punt | Eén punt | Eén punt | Eén punt |
ENE 02 | 4 t/m 6 | - | - | - | - | Eén punt |
WAT 01 | 1 t/m 4 | - | Eén punt | Eén punt | Eén punt | Twee punten |
WAT 02 | 1 t/m 4 | - | Eén punt | Eén punt | Eén punt | Eén punt |
MAT 01 | 1 en 2 | - | - | - | Eén punt | Eén punt |
MAT 03 | 1 en 2 | Minimale vereiste (duurzaam hout en bamboe) | ||||
WST 01 | 1 | Minimale vereiste (certificaten hoofdaannemer, afvalinzamelaar en afvalverwerker) | ||||
WST 01 | 2 t/m 9 | - | - | Eén punt | Eén punt | Eén punt |
WST 01 | 10 en 11 | - | - | - | - | Twee punten |
WST 03 | 1 en 2 | - | - | - | Eén punt | Eén punt |
WST 05 | 1 | Minimale vereiste (overstromingsrisico beoordeling) | ||||
LE 02 | 1 | Minimale vereiste (opstellen natuurrapportage) | ||||
LE 04 | 1 | Minimale vereiste (opstellen natuurrapportage) | ||||
LE 04 | 2 en 3 | - | - | Eén punt | Eén punt | Eén punt |
LE 05 | 1 | Minimale vereiste (opstellen natuurrapportage) | ||||
POL 01 | 2 | Minimale vereiste (systeemvereisten) | ||||
POL 03 | 1 | Minimale vereiste (olieafscheiders en drainageplan) | ||||
POL 03 | 3 | - | - | - | Twee punten | - |
POL 03 | 4 | - | - | - | - | Drie punten |
Filtercredits
De lijst met credits waarop de BREEAM-NL Assessor een gebouw beoordeelt, hangt af van het type gebouw en de toegepaste onderdelen en componenten. Denk aan liften, roltrappen of een koel- en vriesopslag voor warenkoeling. Wanneer je de gebouwgegevens in de assessmenttool invoert, wordt automatisch de relevante creditlijst gegenereerd. Zie ook Tabel 6 voor een overzicht van de kenmerken van de credits. De BREEAM-NL Assessor kan deze onderdelen goedkeuren in de betreffende credits. Zo wordt duidelijk aangegeven waarom bepaalde credits niet van toepassing zijn en dus ‘gefilterd’ worden.
Projectgebonden en gebruiksfunctie specifieke credits
Het merendeel van de credits is van toepassing op het gehele gebouw en terrein (zie ook Tabel 6). Bij zogenaamde functiespecifieke of projectgebonden credits kan de BREEAM-NL Assessor per functie of project afwegen of een credit wordt behaald of niet.
Innovatiecredits en Exemplary Performance
Met innovatiecredits kun je innovaties die de duurzaamheidprestaties van een gebouw vergroten aanvullend waarderen. Het gaat om vernieuwingen, boven op de prestaties die momenteel in BREEAM-NL al worden gewaardeerd. Innovatiepunten stimuleren opdrachtgevers en bouw- en ontwerpteams om hun gebouw extra duurzaam te maken. Bovendien vergroten ze zo kennis, technieken en toepassingen in de markt. Je kunt een innovatiecredit behalen als een techniek, werkwijze of andere toepassing als innovatief is beoordeeld. Innovatiecredits kun je aanvragen met Instructie 101 (zie www.breeam.nl).
Voor elk toegekend innovatiepunt kan de BREEAM-NL Assessor 1% aan de totaalscore toevoegen, met een maximum van 10%. Innovatiepunten zijn onafhankelijk van de BREEAM-NL kwalificatie. Een BREEAM-NL Assessor kan ze dus voor elke kwalificatie (vanaf Pass) toekennen.
Een gebouw kan ook extra punten verdienen als er wordt voldaan aan Exemplary Performance. Het is een ‘voorbeeldige prestatiecriteria’ in een BREEAM-NL credit. Deze Exemplary performances hebben ook een waarde van 1% boven op de totaalscore. De BREEAM-NL kwalificatie wordt afgetopt op 100%. Innovatiepunten en Exemplary Performance worden alleen als hele procentpunten toegekend. Zie Tabel 5 voor een overzicht van de mogelijke Exemplary Performances (EP).
Tabel 5 - Mogelijke EP-punten
Credit | Aantal EP-punten |
---|---|
MAN 05 | Eén procent – Erkend certificeringssyteem |
HEA 01 | Eén procent – Evaluatie verblinding door daglicht |
HEA 04 | Eén procent – Emissies van bouwproducten en afwerkingsmaterialen |
HEA 06 | Eén procent – Verlagen spraakverstaanbaarheid kantoor |
HEA 10 | Eén procent – Aanvullend biophilic design |
ENE 01 | Eén procent – Het bepalen en zelf opwekken van het gebruiker gebonden energiegebruik |
TRA 03 | Eén procent – Maatregelen voor alternatief vervoer |
WAT 01 | Eén procent – Groot waterverbruik reductie |
MAT 01 | Eén procent – Nieuwe LCA-profielen |
MAT 02 | Eén procent – Materiaalgebonden emissies grenswaarde 2 Twee procent – Materiaalgebonden emissies grenswaarde 3 |
MAT 07 | Eén procent – Losmaakbaarheid van de gebruikte bouwmaterialen en -producten |
WST 01 | Eén procent – Hergebruik en recycling van materialen |
WST 05 | Eén procent – Inspelen op klimaatverandering |
Tabel 6 - Kenmerken credits
Vanwege de omvang staat deze tabel op een aparte pagina:
Klik hier om tabel 6 te bekijken