Bepalingsmethode verblijfsruimten uitgedrukt in percentage van het vloeroppervlak die voldoen aan de criteria voor binnenverlichting
Om te bepalen hoeveel procent van het vloeroppervlak voldoet aan de criteria moet de verdeling in vloeroppervlak duidelijk zijn. Dit heeft er mee te maken dat in deze credit de eisen alleen gelden voor verblijfsruimten, het overige oppervlak zoals bergruimten, verkeersruimten en sanitaire voorzieningen moeten niet worden meegenomen in de puntenbepaling.
Omdat niet alle bestaande gebouwen beschikken over gedetailleerde meetgegevens biedt de onderstaande methodiek een alternatief om tot het percentage van het vloeroppervlak te komen dat voldoet aan de criteria. Bepaal welke onderstaande situatie van toepassing is op het project:
Gebouwen met gedetailleerde meetgegevens
Gebouwen die beschikken over gedetailleerde meetgegevens (zoals 3D-modelering, daglichttoetredingsberekeningen, simulaties, etc.) die bijvoorbeeld tijdens het ontwerp- of bouwproces zijn opgesteld (en nog actueel zijn) hoeven de onderstaande methodiek niet te hanteren en kunnen op basis van de meetgegevens het percentage van het vloeroppervlak van de verblijfsruimten dat voldoet bepalen.
Gebouwen met meetgegevens
Gebouwen die niet beschikken over gedetailleerde meetgegevens maar wel een NEN 2057, NTA8800 of een ander meting hebben laten uitvoeren waaruit het oppervlak van de verblijfsruimten blijkt, kunnen stap 1 en 2 overslaan en kunnen direct rekenen met het vloeroppervlak van de verblijfsruimten.
Gebouwen zonder meetgegevens
Gebouwen waarbij geen metingen zijn uitgevoerd kunnen op basis van de aanwezige gegevens stap 1 tot en met 5 volgen uit de methodiek om te bepalen welk het percentage van het vloeroppervlak voldoet aan de criteria.
Methodiek
Stap 1: Bruto Vloeroppervlakte (BVO)
Bepaal het Bruto Vloeroppervlakte (BVO) van de asset. Als er parkeergarages aanwezig zijn moet dit oppervlak van het BVO worden afgehaald.
Stap 2: Omrekenfactor
Om een representatief beeld te krijgen van het oppervlak van de verblijfsruimten, dient een correctiefactor toegepast te worden om de niet-verblijfsruimten te compenseren (zoals verkeersruimten, sanitair, etc.). Hierbij wordt aangenomen dat gemiddeld 20% van de totale oppervlakte niet uit verblijfsruimten bestaat.
Vermenigvuldig het vloeroppervlak zoals berekend in stap 1 met 0,8 om het oppervlak te bepalen dat wordt gebruikt voor de berekening.
Stap 3: Lichtmeting
Het verlichtingsniveau wordt gemeten door een bekwaam persoon om te bepalen of het verlichtingsniveau in lijn is met de vereiste norm uit criteria 3.
Stap 4: Berekening percentage vloeroppervlak van verblijfsruimten dat voldoet
Voor de verblijfsruimten die niet voldoen aan de criteria moet het oppervlak bij elkaar worden opgeteld. Op basis hiervan kan bepaald worden welk percentage van het vloeroppervlak van de verblijfsruimten voldoet aan het verlichtingsniveau op basis van het vloeroppervlak zoals berekend in stap 2.
DIALUX-berekening
Is een DIALUX-berekening of gelijkwaardige berekening uitgevoerd waaruit blijkt dat aan de eisen uit de bovenstaande normen (die van toepassing is) wordt voldaan kan dit als gelijkwaardig worden beschouwd aan een meting. Hierbij moet worden aangetoond dat de uitgangpunten van de berekening overeenkomen met de huidige situatie van het gebouw.